Nu ik ruim negen jaar rond moeder over drie kinderen, heb ik inmiddels het één en ander meegemaakt qua eten en eetlust. De groepvijfzoon is de gemakkelijkste eter, in die zin kon ik rustig wennen, zijn zusjes hebben bepaald meer noten op hun zang.
Grappig genoeg leidt dat er toe dat ik meer rekening houdt met de specifieke voorkeuren van de groepvijfzoon. Vooral in het geval van de groepvierdochter denk ik vaak ‘die lust toch niets’ en zet haar simpelweg voor wat de pot schaft.
Schijnbaar werkt die laatste tactiek dan toch, want inmiddels lijkt ze, ik durf het bijna niet te schrijven, wat meer dingen wat makkelijker te gaan eten. Best prettig, want ze had de neiging om nogal te klagen over het eten en dat bevordert mijn eetlust dan weer niet echt.
De kleuterdochter hanteert weer een geheel andere tactiek. Die vraagt in het uur voor dat we gaan eten continu om allerlei soorten eten en als we dan daadwerkelijk gaan eten, wil ze niets. En of ze nou van te voren wel of niet iets krijgt, dat staat los van het eten van haar avondmaaltijd.
Qua smaak is ze dan weer niet heel kieskeurig en doorgaans begint ze een beetje te eten als alle anderen zo’n beetje klaar zijn. Lekker handig.
Er is dus altijd van alles aan de hand als we aan tafel zitten om te eten, maar wat er op deze doordeweekse donderdag gebeurde was nieuw. Er waren borden soort van leeggegeten en men ging op jacht naar een toetje. Dat hebben we regelmatig, maar ook geregeld niet.
Het geval wilde dat er toetjestechnisch niet veel te beleven was. De meiden keken in de koelkast en vonden alleen een restje naturel Skyr. Niet zo spannend, maar ze wilden het toch graag eten. De groepvijfzoon wilde niet, hij houdt niet van yoghurtachtigen zonder suiker, veel te zuur.
Voor de zekerheid keek hij toch ook nog even in de koelkast en hij vond een pot zure haring. Hij wilde dan wel zo’n geval als toetje en at het ding tot mijn verbazing met veel smaak op.
Smaken verschillen, zullen we maar zeggen.