In de Volkskrant stond een stuk waardoor ik weer blij ben dat we er abonnementsgeld aan betalen. Want het is bijzonder goed dat iemand dit maar weer eens even benoemt. Huisarts Joost Zaat schreef over de verzorgenden en helpenden; de enorme club zorgverleners die ervoor zorgt dat de zorg in verpleeghuis- en thuiszorgland in ieder geval soort van blijft draaien.
In de gesprekken over het zorginfarct de laatste tijd gaat het weer veel over de IC. Snapbaar, want de cijfers zijn lekker concreet en daarnaast bijzonder alarmerend. Het aantal IC bedden is te tellen en het ziekteverzuim op die afdelingen is met bijna tien procent absurd hoog.
Het ziekteverzuim in de verpleeghuizen is bijna net zo hoog, het aantal bedden (lees, het aantal zorgvragers) is alleen binnen onze stichting al ruim hoger en toch hoor je daar weinig over. Ja, vorig jaar een keer, toen een zeker OMT lid het nodig vond om een verband te leggen tussen opleidingsniveau en aantal Corona besmettingen.
Meneer Zaat schreef over de kloof die er is tussen ‘de hooggeleerden’ die de regels bedenken en de praktisch opgeleiden die met hun voeten in de klei de wirwar van regels proberen te begrijpen en daar dan ook nog praktisch uitvoering aan te geven.
Ik ben het hartgrondig met dokter Zaat eens. Hij slaat werkelijk de spijker op zijn kop en ik durf zelfs ook wel te beweren dat deze bevinding breder te trekken is dan in de zorg. Misschien zelfs wel maatschappijbreed.
Want hoe vaak is het niet zo dat de regels die ergens in een kantoor worden bedacht praktisch gezien volstrekt onwerkbaar blijken. Of dat ze voor de wat minder theoretisch geschoolde mens ondoorgrondelijk zijn.
Mooi dat daar eens aandacht voor is. En op microniveau ga ik zelf maar gewoon door met het dichten van de kloof. Tips zijn welkom!