Ons peuterkind springt. Letterlijk en figuurlijk. Werkelijk van de ene naar de andere sprong gaat ze op het ogenblik. In letterlijke zin dus, kijk maar naar het filmpje. Zo’n beetje overal waar van af gesprongen kan worden, daar wordt vanaf gesprongen. Het ziet er best stoer uit, zo vond ik.
Ze springt ook door de schoenmaten. Ik weet echt zeker dat haar maatje 25 een maand geleden nog goed zat. Nu is 27 prima. Lang wordt ze ook al, het is van het goede weer tijd voor een sanering van haar kledingkast. Daar kan een flinke stapel definitief uit.
Ik was al wel onder de indruk van het snelle groeien, maar de figuurlijke sprongen zijn ook niet mis. Dit kind weet feilloos wat ze wil en maakt het ook duidelijk. En waar ze eerst wel eens moeite had met het concept samen spelen, doet ze nu niets anders.
In de eindeloze rollenspellen betrekt ze vriendjes en vriendinnetjes, maar ook zonder problemen speelt ze alleen. Ze speelt zonder problemen mee met de groepdriedochter en haar vriendinnetjes en staat ook nog eens haar mannetje tussen al die grote meisjes.
Steeds vaker durft ze inmiddels ook dingen te vertellen aan mensen die ze tegenkomt. De standaard reactie op aandacht van mensen van buiten haar bekende kringetje was boos kijken en verstoppen. Maar ik heb haar de afgelopen week horen babbelen over de vakantie, over een bij en over haar pop. En dat tegen drie verschillende, minder bekende, volwassenen die ze tegenkwam. Leuk om te zien.
Het gespring heeft ook een keerzijde, het kost een berg energie. En thuis binnen haar comfortzone leidt dat geregeld tot bepaald obstinaat gedrag. Daar kan ze in de basis weinig aan doen natuurlijk. Maar uitdagend is het wel.
Ik ben benieuwd en kijk uit naar het moment waarop het stof wat is neergedwarreld.