Het project ‘nieuwe kamer voor de groepdriezoon’ loopt al een tijdje maar ik heb goede hoop dat we binnenkort grote stappen gaan zetten. Daar ben ik blij mee want ik denk dat het heel fijn is als hij zijn eigen plek heeft, hoewel hij het daar zelf nog niet helemaal mee eens is.
De andere motivatie om door te pakken in de kamerwissel is dat de peuterdochter dan uit onze kamer kan verhuizen. Ze ligt nog altijd in de cosleeper naast ons bed en in de praktijk meestal tussen ons in. Nu is dat qua ruimte niet zo’n probleem, het is allemaal groot genoeg, maar ik wil mijn eigen kamer inmiddels wel terug.
Onder andere omdat het niet zo praktisch is om een slapende peuter in je kamer te hebben als je nog wat wilt was vouwen of als je vroeg op moet staan vanwege een ochtenddienst en hoopt alle huisgenoten slapend achter te laten.
Het heeft gelukkig ook grote voordelen, zo’n peutergeval in je bed. Zo hoef ik er nooit uit bij enge dromen, heb ik het onmiddellijk door als ze onverhoopt ziek is en word ik nauwelijks wakker als ze dorst heeft. Verder heb ik het gevoel dat ze ‘s nachts in haar knuffelbehoefte voorziet en dat lijkt me heel gezond.
Op deze vrijdagavond had ik avonddienst en dus bracht de man iedereen naar bed. Wat er precies gebeurde weet ik niet, maar ik trof ze toen ik ‘s avonds in bed stapte hand in hand aan.
Wat een plaatje… Ik ben weer eens compleet gesmolten en kan voorlopig weer vooruit.