Zo af en toe heb ik een ‘het is nu later en ik ben groot’ moment. En dat gevoel komt vooral bovendrijven als er zich allerlei onderhoudsklusjes aandienen. Qua huis(houden) dan.
Als je een huis hebt, wat op zichzelf al best een volwassen aangelegenheid is, komt er vroeg of laat, zelfs bij nieuwbouwhuizen, een moment dat je daar iets mee moet gaan doen. Grote dingen als schilderen. Maar ook de kleine klusjes als lampen vervangen.
En in ons geval moet er zo af en toe een filter van de radiator worden vervangen. Ja dat lees je goed. Wij hebben een radiator met een filter. Dat heeft te maken met allerlei regeltjes in de huizenbouwbranche.
In een huis moet het logischerwijs mogelijk zijn om fatsoenlijk te ventileren. Daarom zitten er vaak van die roosters boven de ramen die je, jawel, open en dicht kunt doen. Alleen die roosters, daar kan geluid van buiten vrij doorheen als je ze open zet. En dat mag niet van de dames en heren regelmakers als het betreffende rooster binnen een straal van een bepaald aantal meter van een potentiële geluidsbron zoals een plek waar kinderen kunnen spelen zit.
Daarom hebben wij een radiator waarin een soort ventilatiesysteem is geïntegreerd. In plaats van open en dicht kan het ding aan en uit en er zit dus een filter in. Dat moet zo af en toe vervangen worden en dat is dus echt hogere wiskunde.
Men heeft het voor elkaar weten te krijgen om het werkelijk onmogelijk bereikbaar weg te werken en waardeloos te ontwerpen. De vorige ronde draaide de man een schroef dol en deze keer heeft hij werkelijk de meest vreemde capriolen uit moeten halen om één en ander weer in functie te krijgen.
Wat hij precies deed weet ik niet, volstrekt ongeëmancipeerd houd ik hier en daar iets vast en doe verder mijn best om aan te moedigen. Het ging echter gepaard met veel gezucht, gesteun, frustratie en gelukkig ook wat euforie.
Dit klusje is voorlopig weer klaar, ik hoop dat het volgende karweitje iets makkelijker gaat.